Stolperstenen, sinds 1992 gemaakt door de kunstenaar Gunter Demnig, zijn messing steentjes waarmee de slachtoffers van het nationaal-socialisme rond en tijdens de Tweede Wereldoorlog herdacht worden. De messing Stolpersteine worden daarvoor in de stoep geplaatst voor de laatste woning van de slachtoffers. 

In de voormalige gemeente Gorssel zijn de afgelopen jaren op 7 plaatsen stolperstenen geplaatst:

Rietdekkerweg Gorssel

Ter hoogte van de woning waar in 1944 de familie Polak woonde, ligt een stolpersteen ter herdenking van A. Polak.

De heer Polak was een van de slachtoffers van de executie op 24 september 1944 bij de schietbaan aan de Joppelaan. Hij behoorde tot de terdoodveroordeelden omdat hij zich anti-Duits had uitgelaten.

 

Lochemseweg/ Plantageweg

Hier is een stolpersteen geplaatst als eerbetoon aan Derk Jan Wassink.  Omdat Jehova’s Getuigen beschuldigd werden van anti-nationaalsocialistische activiteiten liepen zij gevaar. Dat ervoer de 21 jarige Derk Jan Wassink, die als Jehova’s Getuige door de SD in 1942 gearresteerd werd en twee jaar later  in het concentratiekamp Neuengamme bezweek.

Kapelweg

Aan de Kapelweg 9 in Almen woonde in de oorlog de familie Philips. De familie Philips-Goldwerth bestond uit veehandelaar Joseph Philips en zijn vrouw Charlotte Meijerheim, hun dochter Nelli Nathalie Philips, haar man Isaak Hans Goldwerth en hun dochtertje Hannie.  Ondanks een aanbod van het verzet om onder te duiken, volgde veehandelaar Joseph Philips het advies van de Joodse Raad:  ‘Rustig meegaan naar Westerbork, daarna word je geplaatst in een getto en dan kom je de oorlog wel door’. Het bleek een advies met fatale gevolgen. Op 2 oktober 1942 werd de familie thuis gearresteerd en per vrachtauto naar de gevangenis onder het gemeentehuis van Gorssel gebracht. Via Westerbork wordt het vernietigingskamp Oswiecim (Auschwitz) de eindbestemming  waar de familie Philips/Goldwerth binnen een half jaar na het vertrek uit Harfsen op verschillende momenten vermoord is.

Gerrit Slagmanstraat

Deze stolpersteen is een eerbetoon aan Gerrit Slagman die hier in zijn boerderij De Zonneberg een schuilplaats bood aan tientallen onderduikers die om allerlei redenen door de bezetter gezocht werden.

Op 14 oktober 1944 werden na een omsingeling door de Landwacht Gerrit Slagman, zijn zusters Heintje en Jaantje en de meeste onderduikers gearresteerd. Twee onderduikers wisten te ontkomen. Gerrit Slagman werd overgebracht naar het concentratiekamp Wobbelin (D), waar hij op 12 april 1945 overleed.

Dorpsstraat Almen

Bij de voormalige pastorie aan de Dorpsstraat in Almen wordt met een stolpersteen herinnerd aan de toenmalige bewoner ds. Gerard Anne Pasma die zich vanaf het begin van de oorlog in woord en daad fel verzette tegen het nationaal- socialisme.

Pasma verzorgde bijbellezingen voor onderduikers en wees gedwongen werken voor de Duitsers af. Op 7 oktober 1944 werd dominee Pasma gearresteerd en via kamp Amersfoort op transport gezet naar het concentratiekamp Neuengamme/Wöbbelin bij Hamburg, waar hij op 22 april 1945, enkele weken na de bevrijding van Almen, bezweek.

Harfsensesteeg

Ter hoogte van boerderij De Huurne aan de Harfsensteeg is een stolpersteen geplaatst voor Egbert Enserink. Op de boerderij was vrijwel de gehele familie Enserink bij verzetsactiviteiten betrokken.

Ook na de arrestatie van zijn broer Tinus ging Egbert door met zijn verzetswerk, wat hem fataal werd toen hij op 21 november 1944 gearresteerd werd en via de Oxerhof bij Deventer en de gevangenis De Kruisberg in Doetinchem in het Werkkamp Gladbeck in Westfalen terecht kwam. Na ondervoed en doodziek midden in de nacht uit het kamp gezet te zijn werd hij door meelevende vrachtwagenchauffeurs naar een ziekenhuis in Winterswijk gebracht, waar hij op 4 februari 1945 overleed.

 

Emsbroekweg 4 Harfsen

Hier woonde Hendrik Gerrit Strookappe die op 21 jarige leeftijd op 30 maart 1945 in het kamp Kahla bij Eichenberg (D) aan ondervoeding en oedeem bezweek.

Hendrik Gerrit moest onderduiken omdat hij weigerde in Duitsland te werken. Nadat zijn schuilplaats, waarschijnlijk door verraad, werd ontdekt volgde transport vanuit Lochem naar Arnhem en kamp Amersfoort. Op 18 april 1944 werd Hendrik Gerrit aanvankelijk overgebracht naar het concentratiekamp Buchenwald. Later volgden overplaatsingen naar verschillende kampen, waar hij onder slechte omstandigheden verschillende werkzaamheden moest verrichten. Vlak voor de bevrijding van het Kahla kamp stierf Hendrik Gerrit op 30 maart 1945 door uitputting en ondervoeding.